Na maanden van voorbereiding staan Everdingen en het Fort in mei twee weekenden lang centraal…
Jan Blanken was als een vis in het water in Vianen
Jan Blanken is als waterbouwkundige te plaatsen in het rijtje van de ingenieurs Lely en Leeghwater, alleen Blanken is op de een of andere manier een stuk minder bekend geworden, concludeert Chris Will. ‘De meesten kennen Lely van de Afsluitdijk en van de naam Lelystad. Leeghwater is bekend vanwege het leegpompen van grote watergebieden waardoor land werd gewonnen bijvoorbeeld de Purmer, Schermer en Wormer in Noord-Holland. Met zo’n naam is dat natuurlijk ook makkelijk te onthouden.’
Jan Blanken was een van de eerste Inspecteurs-Generaal van de Waterstaat van ons land en bracht vooral onder Koning Willem I veel tot stand. Blanken was de ‘Kanalengraver’ en Willem I de ‘Kanalen Koning’. Dit koppel bleek gedurende vele jaren een goede match. Bij Vianen was het Zederikkanaal met vlotbruggen daar een voorbeeld van.
Chris Will is van mening dat als je om je heen kijkt in het rivierenland rondom Vianen, je gerust kunt stellen dat Jan Blanken verantwoordelijk is voor het schouwspel dat zo kenmerkend is voor dit landschap: het netwerk dat trekvaarten, sloten en rivieren met elkaar verbindt.
Steenfabriek
Jan Blanken leeft tijdens de overgang van de achttiende naar de negentiende eeuw en is getrouwd met de dochter van de eigenaar van een steenfabriek uit Vianen, Maria van Lakerveld. Blanken heeft veel forten en sluizen kunnen laten bouwen van deze stenen. De steenfabriek van schoonvader Lakerveld stond in de uiterwaarden van de Lek ongeveer ter hoogte van de huidige camping van Boer Bertus bij de Middelwaard.
Chris Will noemt Jan Blanken in zijn manier van zaken doen, ‘een soort Linke Loetje’. Hij eigende zich de uitvinding van de waaiersluis toe waardoor Blanken het octrooi had en gaf opdracht om enkele van de nieuwe sluizen te bouwen in het gebied van Vijfheerenlanden en het Land van Altena. Hier ving de Vianees veel geld voor. Voor het bouwen van die sluizen gebruikte hij de stenen van de steenfabriek langs de Lek. Daar ging ook een rekening heen waardoor de inkomsten in de familie bleven.
Keizer Napoleon
Jan Blanken kwam niet alleen bij de koning over de vloer maar zat ook enkele keren met Keizer Napoleon aan tafel. Napoleon gaf Jan Blanken onder meer de opdracht voor het aanleggen van een van de eerste snelwegen: de route van Breda tot Amsterdam die nu bekend staat als de Route de Napoleon. Blanken wist Napoleon te overtuigen van de aanleg van een route tussen Utrecht en Gorinchem die tussen Vianen en Vreeswijk de Lek over moest gaan. Na het tekenen van het tracée, zond Napoleon zesduizend manschappen om de route te verkennen. Prompt kwamen die in de herfst van oktober vast te zitten in de modder van het rivierengebied. De noodzaak van een goede weg was nu zeer duidelijk aangetoond.
Jan Blanken kocht in die tijd het landgoed Vijverlust aan. Dat lag vlakbij de al eerder genoemde steenfabriek en de door hem en zijn broer Arie getekende Route Napoleon bleek bijna over het landgoed Vijverlust te lopen. Toeval? Natuurlijk niet, zegt Will. ‘Jan Blanken had naast veel verstand van waterbouwkundige zaken ook een goed ontwikkeld zakelijk instinct. Hij betaalde 6900 gulden voor Vijverlust dat vrijwel meteen enorm veel meer waard werd.’
Chris Will mag Jan Blanken wel, hoewel de ingenieur in allerlei vakliteratuur karaktertrekken krijgt toegedicht als autoritair, eigenwijs en ijdel. Will beaamt: ‘Jan Blanken was een lastige man en had op het einde van zijn loopbaan ruzie met iedereen. Maar dat hebben vele grote mannen. Zijn dwarsheid en handelen zonder scrupules heeft hem ook gebracht tot wat hij is, namelijk een groot kenner van water en waterwerken. Zonder hem had ons rivierenlandschap er heel anders uitgezien.’
Gegoede burgerij
Een reden voor de ruzies van Blanken was ook zijn eenvoudige afkomst. Hij wist op te klimmen vanuit het ambachtelijke milieu tot de gegoede burgerij met grootgrondbezit, een buitenhuis, aardig wat kapitaal, vee en een steenfabriek. Dat deden niet veel hem na in die tijd. Hij werd de rijkste man van Vianen.
De vijandigheid waar Blanken mee te maken kreeg was zodanig, dat hij door de koning gedwongen werd met pensioen te gaan. Will: ‘Blanken bleef zich ook daarna als inwoner van Vianen steeds maar bemoeien met de alles op het gebied van water in zijn stad. Hij bombardeerde de toenmalige burgemeester met brieven. Zo wilde hij een handelshaventje maken aan de Lijnbaan, ongeveer waar nu de nieuwe oranje brug ligt. Er zou een nieuwe verbinding moeten komen tussen de Viaanse stadsgracht en het Zederikkanaal, dat tegenwoordig Merwedekanaal heet.’
Blanken stierf op 83-jarige leeftijd en kreeg in 1841, drie jaar na zijn overlijden een fraai gietijzeren grafmonument als hulde voor zijn verdiensten op waterbouwkundig gebied van de Nederlandse binnenloodsen.
Astrid Pel
Waterwerken en werken aan water
Tussen Gorinchem en Vianen zijn nog steeds ongeveer twintig waterbouwkundige werken van Jan Blanken te zien. Twee in 2018 uitgezette fiets- en wandelroutes leiden langs deze sluizen en gemalen. Bij Fort Everdingen loopt het mooie Jan Blankenpad waar onder meer Chris Will zich sterk voor heeft gemaakt. Dit pad leidt de wandelaar langs de Lek met als bezienswaardigheden het sluisje bij de Liniepont en fort Werk aan het Spoel.
Als kunstliefhebber is Chris Will voornamelijk gecharmeerd van moderne werken waar het monument met vier olifanten op de rotonde in Vianen bij Blankenborch een voorbeeld van is. De wijk Blankenborch is genoemd naar Jan Blanken en het roestkleurige monument bij de entree van die wijk, verbeeldt de werking van de door Jan Blanken bedachte waaiersluis. De vier olifanten staan voor de enorme kracht van het water dat op de sluisdeuren beukt.
Chris Will is enthousiast over het kunstwerk van Jan van IJzendoorn die er tussen 2004 en 2009 aan werkte. Will zegt: ‘Ik weet dat veel mensen het kunstwerk lelijk vinden. Dat komt misschien door de roestige uitstraling. Mijn tip: kijk er eens naar als het geregend heeft. Je ziet dan een soort kleurendeken eroverheen. De kleuren zijn altijd weer anders.’
De Jan Blankenbrug (1999) die als onderdeel van de A2 over de Lek bij Vianen ligt, geeft de in Bergambacht geboren en in Vianen overleden waterbouwkundige Blanken, landelijke bekendheid. Een kleinere maar meer recente ode aan Blanken staat op de Jan Blankenweg in Vianen, pal naast de sluis waar de Lek het Merwedekanaal instroomt. Dit monument is vorig jaar onthuld bij de 180e overlijdensdag van Jan Blanken.
Het water als erfvijand en bondgenoot
Chris Will ziet het water in onze streek als erfvijand. Het mooie van Jan Blanken vindt hij, is dat Blanken juist de werking van deze vijand heeft weten om te draaien, zodat het water een bondgenoot werd. Een middel om de vijand buiten de deur te houden.
Al in de Middeleeuwen werden polders op eenvoudige manieren leeggepompt om droge voeten te houden en werden er dijken gebouwd. De Diefdijk was bijvoorbeeld al rond 1300 aangelegd tussen Everdingen en Leerdam/Asperen om Vijfheerenlanden en de Alblasserwaard te beschermen tegen wateroverlast vanuit de Betuwe na een eventuele dijkdoorbraak in de Neder-Betuwe.
Will: ‘Je doet iets wat onnatuurlijks is, namelijk het water de polder in laten lopen terwijl we juist altijd bezig zijn geweest om te zorgen dat we droge voeten hielden. Dat dit lukt als verdedigingssysteem komt omdat ons land onder de zeespiegel ligt en omdat we in een delta wonen. Dat is iets wat Jan Blanken goed heeft gezien en waar hij ingenieus van gebruik heeft gemaakt. Het is dit systeem van kunstmatige overstroming voor militaire toepassing dat uniek is in de wereld.’
Chris Will: erfgoedspecialist
Chris Will woont in het Lekdorp Everdingen en kan vanuit zijn dijkhuis zo de uiterwaarden inlopen. Opgegroeid in het waterrijke Dordrecht verhuisde hij steeds meer richting de Lek en woont nu in gemeente Vijfheerenlanden. Everdingen ligt onder de rook van Vianen waar ook ingenieur Jan Blanken (1755-1838) heeft gewoond. Blanken is een van de bedenkers van de Nieuwe Hollandse Waterlinie, de verdedigingslinie die een paar weken terug is voorgedragen voor de Wereld Erfgoedlijst van UNESCO. Historicus en waterliniedeskundige Chris Will was een van de vele personen die jarenlang een rol in de uiteindelijke voordracht hebben gespeeld. ‘Ik was een klein radertje in de hele machine’, zegt hij.

Chris Will houdt van het rivierenlandschap: ‘De laatste jaren ben ik wat langere periodes weggeweest en eenmaal terug in Everdingen kom ik steeds weer tot het besef dat ik de weidsheid, de eeuwige beweging van het water en het steeds veranderende lichtspel boven dat water, ongelofelijk heb gemist.’
In zijn werkzame leven hield Chris zich bezig met cultureel erfgoed in het algemeen en de laatste tien jaar met de Nieuwe Hollandse Waterlinie in het bijzonder. Een intensief proces waarbij in het begin maar liefst vijf ministeries en vijf provincies betrokken waren. In 2020 houdt dit proces op en moet de unieke waterlinie op de lijst van Werelderfgoed van de UNESCO komen te staan.
Enkele weken geleden is de vijfentachtig kilometer lange verdedigingslinie hiervoor voorgedragen in Parijs. Het was nodig om verschillende overheden en andere organisaties het belang van de linie te laten inzien. Iets wat volgens Chris Will vooral gelukt is dankzij destijds de belangrijke rol van Jan Blanken als watermanager. Deze eerste inspecteur-generaal van Rijkswaterstaat is een van de grondleggers van de Nieuwe Hollandse Waterlinie.
Gecharmeerd
De UNESCO is volgens Will vooral gecharmeerd van de waterlinie omdat wij Hollanders er land mee onder water konden zetten en zo de vijand van ons af konden houden. Een land dat zich verdedigt door grote gebieden te laten overstromen, dat is uniek in de wereld en zeker wanneer dat op zo’n grote schaal gebeurt. Dat heeft volgens hem alles te maken met de Nederlandse identiteit. ,,Voor de UNESCO is het kunstmatig laten overstromen van land als verdediging, interessanter en van meer belang dan de verdedigingswerken op zich zoals de forten langs de linie.’’
Comments (0)