CULEMBORG • Afgaande op schilderijen uit die tijd moet het in de 17e eeuw een…
Een fascinatie voor iconen
Drs. Frans Herman Grobbe is een trouw bezoeker van de zondagse eredienst in de Amstelveense Paaskerk. Als protestant heeft hij echter ook een bijzondere belangstelling voor de culturele en historische aspecten van iconen Oosters-Orthodoxe Kerken.
Hij mag zich inmiddels een behoorlijk groot kenner noemen van deze religieuze schilderkunst. In zijn boekenkast staan meer dan honderd boeken over het onderwerp: over de schildertechniek, maar ook over de betekenis die iconen voor veel orthodoxe gelovigen hebben.
Verspreid in de kamers van zijn woning aan de Amsteldijk in Nes a/d Amstel hangen inmiddels twaalf exemplaren. Met afbeeldingen van Christus, Maria en het kind, de apostelen en heiligen uit de orthodoxe traditie.
Studiereis
De interesse voor iconen werd bij Grobbe gewekt tijdens een studiereis naar Rusland in 1996. Hij bezocht samen met zijn vrouw onder andere het bekende klooster Troitse-Sergieva Lavra. ‘Het is één van de plaatsen waar ook Ruslands tsaar Peter de Grote is geweest. We zijn tijdens die reis op zoek gegaan naar een originele ‘doorleefde’ icoon. Tot mijn verbazing was er in de toeristische winkeltjes in Soezdal niks te koop.’
Bij een bezoek aan een winkel voor kunstenaarsartikelen ontmoetten Grobbe en zijn vrouw iemand die nog wel een icoon wist: in een boerderijtje verderop. ‘De boerin was net overleden. Iemand heeft ‘m voor ons opgehaald. Het houten paneel met vier afbeeldingen was oud en versleten, maar mijn vrouw vond hem gelijk prachtig. We hebben er honderd en tien dollar voor betaald. Vanaf dat moment was mijn interesse voor iconen gewekt en ben ik er veel over gaan lezen.’
Grobbe deed een bijzondere ontdekking. Eén van de vier afbeeldingen op de icoon stelde Maria met het kind op de arm voor. ‘Kenners beweerden dat het ging om een Vladimirskaja, een beroemde icoon uit Vladimir. Ik had echter m’n twijfels. Bij een Vladimirskaja is één van de voetzolen van het kind Jezus zichtbaar. Dat was hier niet het geval. Maar wat was het dan wel? Na heel lang zoeken ben ik erachter gekomen dat die afbeelding rond 1600 moet zijn geschilderd (‘geschreven’) in het klooster Solowetski op een eiland in de Witte Zee, helemaal in het noorden van Rusland.’
Het klooster werd in de Sovjettijd het eerste straf- en werkkamp van de beruchte Goelag- archipel. ‘Alles is daar gesloopt en mensen zijn er met velen vermoord. Maar na de ineenstorting van de Sovjet-Unie zijn de monniken er teruggekeerd.’ Grobbe reisde in 2018 speciaal af naar de plek om uitsluitsel te krijgen over de aard van de icoon. De vraag voorleggen aan de monniken bleek niet mogelijk. ‘Onze gids heeft op diverse plaatsen navraag gedaan. Maar kreeg geen informatie en gaf me na eigen onderzoek uiteindelijk gelijk: het was een ‘Solowetskaja. Ze zei tegen mij: ‘U bent de enige in Rusland die weet hoe het zit.’
Icoonschilders
Grobbe vertelt graag over iconen. Tijdens lezingen beschrijft hij uitvoerig hoe icoonschilders de afbeeldingen aanbrengen op een voorbewerkt paneel van lindenhout. ‘Aan de voorzijde wordt een linnen doek gelijmd waarna ze bestreken wordt met een mengsel van krijt en lijm. Ten slotte wordt ook een laag bladgoud aangebracht. Dan pakt de icoonschilder een voorbeeldtekening van de te schilderen icoon uit het voorbeeldenboek en trekt de lijnen over op het paneel.’
Onlangs nog publiceerde Grobbe een uitgebreid artikel in het blad Eikonikon: over zijn zoektocht naar de herkomst van een oude Portaïtissa-icoon, die rond 1800 moet zijn geschilderd in het Rozhenklooster in het zuidwesten van Bulgarije. De oorsprong van deze afbeelding ligt in het klooster Iveron op het schiereiland Athos, een autonome monniken- republiek in Griekenland. Hij speurde uitgebreid naar overeenkomsten en verschillen in iconen die Portaïtissa worden genoemd.
Devotie
Grobbe is onder de indruk van de devote wijze waarop orthodoxe mensen hun geloof beleven en de betekenis die de iconen voor deze mensen hebben. ‘Iconen zijn een wezenlijk onderdeel van hun dagelijks bestaan. Ze waren vaak een houvast in bange tijden zoals die in de wereld en zeker in de oosterse landen aan de orde van de dag waren en nog zijn. Vooral in de stalinistische tijd heeft de plattelandsbevolking onvoorstelbaar geleden. Ze hadden soms helemaal niet te eten. Een icoon was ontzettend belangrijk voor deze mensen. Daar kunnen wij ons geen voorstelling van maken.’
Volgens Grobbe wordt overigens niet zozeer de icoon zelf vereerd, maar wel de heilige (representatie) die daarop is afgebeeld voor de wonderen of goede werken die zij of hij heeft verricht. ‘Iconen werden door orthodoxe gelovigen soms elke dag gekust. Teksten zijn in veel gevallen niet meer te lezen, omdat ze letterlijk zijn weggekust.’
Die diepe verering geldt niet alleen voor oudere gelovigen. Het geloof leeft in orthodoxe kerken nog altijd zoals vroeger. Samen met zijn zoon bezocht Grobbe het Russische klooster Panteleimonos op Athos. ‘Ik ontmoette tijdens die reis een groep jongeren uit Rusland. Bij elke icoon die ze zagen sloegen ze een kruis. Terwijl het toch geen lieverdjes waren.’
‘Toen wij op onze studiereis in 1996 de Maria Hemelvaart Kathedraal in het klooster Troitse-Sergieva Lavra bezochten, was het er stampvol. Voor en achter ons stonden grote kerels, het leken wel zeelieden. Maar ook zij gingen tijdens onderdelen van de liturgie, met hun hoofd naar de grond, uit pure devotie.’
Dick Aanen, november 2022
(Dit artikel verscheen eerder in het decembernummer van kerkblad Present)
Dit bericht heeft 0 reacties